Algarve, niet voor dromers!
Op weg naar het zuiden overwinteren veel zeiljachten in de Algarve. Het is het ideale startpunt voor verdere reizen, naar de Canarische Eilanden en verder of naar de Middellandse Zee. Maar pas op: sommige zeilers verliezen hun hart aan de Algarve, en kunnen zich pas na jaren weer losscheuren van dit mooie gebied.
Algarve in de zomer
Heet, druk, en veel toeristen. Zelfs de aardige Portugezen zijn zichzelf niet meer en ik vlucht er meestal liefstzo snel mogelijk weer vandaan. Maar in de winter! In de winter is de Algarve weer zichzelf. Als alle roodverbrande toeristen op de skipistes lawaai staan te maken, dan kom ik graag hier. Vaak met een tussenstop in Lissabon, de favoriete havenstad van Slauerhoff.

Hendrik de Zeevaarder
Dom Henrique de Avis (1394 tot 1460), bekend als Hendrik de Zeevaarder, zag als een van de eersten de strategische ligging van de Algarve al als uitvalsbasis voor ontdekkingsreizen naar de Atlantische Oceaan en de rest van de wereld. Ondanks zijn achternaam was Hendrik zelf geen zeevaarder, maar hij stimuleerde wel de zeevaart en legde zo de basis voor de latere koloniale ambities van Portugal. De huidige hoofdstad van Nigeria is ook vernoemd naar de gelijknamige havenstad in de Algarve. In 1472 landde een Portugese zeiler op de West-Afrikaanse kust en het handelsstation dat daar werd gevestigd, werd vernoemd naar zijn thuishaven Lagos.
Vermijd het toeristenseizoen
Tegenwoordig is de Algarve, met verschillende goede jachthavens en ankerplaatsen, vooral populair bij langeafstandszeilers. Op weg naar het zuiden stopten we hier ook voor een paar weken rond Kerstmis en Nieuwjaar. We merkten al snel dat veel Noord-Europeanen hier regelmatig overwinteren – vooral Duitsers en Britten. Sommigen komen, net als wij, in zeilboten, anderen in campers. De meesten maken echter gebruik van de goedkope chartervluchten van Amsterdam naar Faro en zoeken hier een hotel of charteren een jacht. Vanaf februari of maart is de kust in het uiterste zuiden van Portugal een aangenaam zeilgebied.
Overdag genoten we van de warme, milde winterzon tijdens lange wandelingen langs het kilometerslange strand ten oosten van Lagos, dat helemaal doorloopt tot aan de lagune van Alvor. Zelfs in de winter kun je hier nog gewoon in de Atlantische oceaan zwemmen, die ook dan nog warmer is dan de Noordzee in menig regenachtige zomer. Of we gingen naar de rotsen ten westen van de stad, met indrukwekkende kliffen, met zeegrotten en verborgen zandstrandjes ertussen, waar zelfs met Kerstmis sommige zonaanbidders uit het noorden noorderlingen nog steeds piemelnaakt rondliepen.
Tapas en port, het leven is goed!
’s Avonds wandelden we door de pittoreske, spiegelglad geplaveide straatjes van de oude stad en dwaalden we van bar naar bar. Als we niet aan boord kookten, aten we in een van de restaurants in de stad. Er zijn ontelbare bars en restaurants in Lagos, een van de voordelen van toeristische stad. In de zomer wordt het hier erg druk, lawaaierig en wat mij betreft ongemakkelijk. Maar nu, in de zachte winter, keert ook deze plek terug naar zijn oorspronkelijke, ontspannen tempo. De vismarkt, die dagelijks wordt gehouden, en de boerenmarkt, die op zaterdag wordt gehouden, worden weer voornamelijk bezocht door Portugezen. En het was bijzonder mooi om rond lunchtijd in de brandende zon te zitten in een van de garages die spontaan waren omgebouwd tot een geïmproviseerd barbecuerestaurant bij de vissershaven aan de overkant van de rivier. Gegrilde verse vis, salade en alle witte wijn die je maar wilt voor een paar euro. In de zomer ondenkbaar.
Zwerven
Sommige andere plaatsen langs de kust zijn ook een bezoek waard. Alvor is bijvoorbeeld een voormalig vissersdorpje dat, zoals zoveel plaatsen in de Algarve, in korte tijd een grondige transformatie heeft ondergaan tot een bruisend vakantieoord vol bars en disco’s. Toch zijn de oude, witgekalkte huisjes en smalle, steile straatjes gebleven. Maar als de zomer voorbij is en de zon nog steeds krachtig is, neemt het leven hier af tot het normale, rustige mediterrane tempo. We genoten ervan om ’s middags gewoon in de schaduw te zitten met een glas wijn en te kijken naar het leven dat voorbij kruipt, of naar de jachten die voor anker liggen in de baai.
Overwinteren op de wal
Sinds de eeuwwisseling is er een grote jachthaven in Portimao, waar ook charterjachten liggen. De riviermonding wordt beschermd door lange pieren en je kunt er direct voor anker gaan voor een groot strand. Iets verder stroomopwaarts van Ferragudo kun je voor anker gaan op een meer beschutte plek. Of je gaat naar de jachthaven zelf, met meer dan 600 ligplaatsen en alle moderne faciliteiten voor jachten en hun bemanningen. Boek ruim van tevoren als je hier de wal op wilt. De vriendelijke havenmeesters zijn je graag van dienst, maar vol is vol.
Faro, met 30.000 inwoners de hoofdstad van de Algarve, heeft de enorme toestroom van toeristen goed verwerkt. De vele bezoekers gaan gewoon vanzelf op in het kleurrijke en levendige stadsleven, net als wij voor een dag of twee. Van een afstand ziet het silhouet van Faro er misschien onaantrekkelijk uit, maar de stad heeft eigenlijk veel mooie straten en pleinen. Je moet zeker een bezoek brengen aan de oude wijk, de Vila Adentro. Deze historische “stad in een stad” ligt direct aan het water, ten zuidoosten van de kleine boothaven en is toegankelijk via de indrukwekkende Arco da Vila poort. Dit statige gebouw werd betaald door de vissersgemeenschap en in 1814 gebouwd door een beroemde Genuese architect in de Italiaanse renaissancestijl. In Vila Adentro vind je nog veel meer historische gebouwen, waaronder het voormalige stadhuis en de kathedraal, die een verwarrende mix van stijlen heeft omdat het door de eeuwen heen zo vaak is verbouwd – het meest recent na de grote aardbeving van 1755, die veel gebouwen in de Algarve verwoestte.
Het leven is wèl leuk!
Overigens wordt het winterse luchtruim boven de stad en de aangrenzende lagune gedomineerd door vele ooievaars, die hier ook overwinteren. In een kitscherige schemering peddelden we met de bijboot naar een met gras begroeide zandheuvel in de lagune, dronken uitstekende Portugese wijn, keken naar de ooievaars in de lucht en de verre huizen van Faro. “Zie je wel. Het leven is wèl leuk”.
Als alternatief, en dat is gebruikelijker, kun je voor anker gaan bij Praca Larga en van daaruit op je gemak te voet het eiland Culatra verkennen met zijn uitgestrekte zandstranden, een kleine vissershaven en leuke pubs.
Aanloop
De ingang van de lagune van Faro en Olhao ligt bij de vuurtoren van Cabo de Santa Maria. De vlakke zandeilanden tussen de lagune en de zee zijn soms moeilijk te herkennen, maar het vliegveld en de stad Faro zijn al van verre zichtbaar als je vanuit het westen nadert, net als de vuurtoren Cabo de Santa Maria. De ingang wordt beschermd door twee verlichte golfbrekers. Aankomen vanaf zee is makkelijk omdat er geen ondiepten voor de kust zijn, zolang je maar niet te dicht bij het strand komt: eerst de ingang goed vrijvaren. Er zijn twee beboeide en verlichte vaargeulen in de lagune, de ene leidt naar Faro en de andere naar Olhao. Bij eb kun je het zand en de kleine vaargeulen ertussen gemakkelijk herkennen en een veilige ankerplek vinden. Er is een diepe plek bij Faro (drie meter bij eb) met ankerboeien die ook voor bezoekers zijn. Er zijn andere ankerplaatsen net binnen de ingang, ten noorden van de vuurtoren en net buiten de vaargeul naar Olhao (diepte in het NW tussen drie en ruim een meter, afhankelijk van de plek), evenals ten noorden van Ilha da Culatra en direct voor Olhao.
Tavira ligt iets verder naar het oosten. Dit stadje wordt netjes in tweeën gedeeld door de rivier en weer met elkaar verbonden door een Romeinse brug, die in de 19e eeuw in de oorspronkelijke stijl werd gerestaureerd. Hier ligt de kleine vissershaven en langs de pieren op beide oevers ligt het echte, levendige centrum van de stad. Mannen en vrouwen zitten op gammele houten stoeltjes op de pier of in de rokerige bars tot diep in de nacht te praten over wereldse zaken. Er gebeurt hier niet veel, zelfs niet in de zomer, het is een vredige en melancholische plek, terra pacta e melancolica, zoals een Italiaan het zo’n honderd jaar geleden uitdrukte – maar dat is juist zijn charme, ook al was dit ooit de hoofdstad van de Algarve, en sindsdien fundamenteel veranderd. Maar nu, in de winter, is dit meest zuidwestelijke puntje van Europa niet alleen een warme en zonnige bestemming, maar ook een aangename qua sfeer.

Weer en klimaat in de Algarve
Hoewel de Algarve aan de Atlantische Oceaan ligt, heeft het een mild, eerder mediterraan klimaat. Het is erg heet in de zomer (gemiddelde temperaturen van 30 graden) en mild in de winter (gemiddeld tien tot 17 graden in januari). De winden zijn veel zwakker en veranderlijker dan langs de Portugese westkust en worden vaak bepaald door land- en zeewinden. Zelfs in de winter zijn stormen eerder uitzondering dan regel en er zijn veel goede zeildagen.